De Nationale Voorleesdagen 2026

 

21 januari t/m 1 februari

 

De Nationale Voorleesdagen zijn een voorleesfeestje voor de allerkleinsten! Deze voorleesdagen worden sinds 2003 door de CPNB (stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse boek) georganiseerd op initiatief van Stichting Lezen.

Belangrijk onderdeel is het Nationale Voorleesontbijt! Bekende en minder bekende Nederlanders lezen voor aan de jonge luisteraars. 

Daarnaast is er de prentenboek top 10 met het prentenboek van het jaar! 

Voor de pedagogisch medewerkers worden vaak lokaal inspiratieworkshops georganiseerd door de bibliotheek, om op deze manier enthousiast met het prentenboek van het jaar  (of de top 10) aan de slag aan te gaan!

Doe je ook mee?


Het prentenboek van het jaar 2026 is het prachtige boek Kleine Aap van Mies van Hout!

 

Kleine Aap heeft ontzettend leuk nieuws. Voor dag en dauw gaat ze helemaal in haar eentje op stap het Grote Woud in om het iedereen te vertellen. Ze komt allerlei dieren tegen, maar niemand neemt de tijd om echt te luisteren. Sommige plagen haar zelfs een beetje. Tot ze Olifant tegenkomt. Die wil héél graag weten wat Kleine Aap te vertellen heeft!
Erg leuk boek om voor te lezen aan de peuters. Niet al te veel tekst, prachtige illustraties met veel details voor de oplettende peuter. En wat zou Kleine Aap nu te vertellen hebben dan?

Vanaf 3 jaar.

 

Activiteiten bij het boek 'Kleine Aap' voor de peuters

 

  1. In dit boek staat luisteren centraal. Als tip geeft Mies van Hout een luisterolifant te maken! Een olifant met hele grote oren moet wel heel goed kunnen luisteren of niet?
    - knip een hoofd, een slurf en twee grote oren en laat de kinderen experimenteren met de volgorde op stevig papier
    - teken de luisterolifant op een stevig A3 papier en laat de kinderen experimenteren met (water) verf
    - laat de kinderen zelf een luisterolifant tekenen met oliepastelkrijt op zwart papier 
    (teken het voorbeeld eerst zelf)

  2. Bij de tips van Mies van Hout staat een landkaart van het Grote Woud. Met de oudere peuters kan je kijken welke route Kleine Aap volgt. Print de kaart uit en laat kinderen met een lijn aangeven hoe Kleine Aap heeft gelopen. Kijk goed naar de aanwijzingen op de kaart. Met een andere kleur kun je de route tekenen van Olifant die samen met Kleine Aap weer naar de Apenboom loopt. De kaart is ook een kleurplaat welke je kan gebruiken voor de jongere kinderen.

  3. Laat de kinderen met de stepjes buiten spelen, teken met stoepkrijt het Grote Woud. Welke route gaan ze nemen?

  4. Apen kunnen heel goed klauteren. Maak een apenkooi op de groep:
    - over kussens heen stappen
    - onder een tafel (eventueel met laken) door
    - op stapelstenen lopen, want anders vallen ze in het water
    - over een bankje heen lopen waarbij de kleine apen een touw moeten vasthouden
    - een gedeelte met een stepje overbruggen

  5. Maak voetafdrukken van verschillende dieren en verspreid deze door de ruimte. Laat de kinderen lopen, sluipen of stampen als een dier. Kunnen de kinderen raden van welke dieren de voetafdrukken zijn? Welke voetafdruk hebben de kleine apen zelf eigenlijk? Ontdek het met verf of in een bak met geel zand!

  6. Fluisterspelletje: Kleine Aap fluistert iets in de oor van Olifant. Kunnen de kinderen ook in elkaars oor fluisteren? En hebben de kinderen het dan ook verstaan? Fluisteren is best moeilijk. Wanneer ga je eigenlijk fluisteren? Wat is het tegenovergestelde van fluisteren? 

  7. Zing het olifantenliedje:

    Jongens meisjes aan de kant (weidse gebaren)
    Want daar komt een olifant (maak je groot)
    Grote poten, grote oren
    En een lange slurf van voren (met je hele arm)
    Jongens meisjes aan de kant
    Want daar komt een olifant

    Jongens meisjes aan de kant (met de handen)
    Want daar komt een babyolifant
    Kleine poten, kleine oren
    En een kleine slurf van voren (met je hand)
    Jongens meisjes aan de kant
    Want daar komt een babyolifant
    *Meer liedjes vind je bij thema wilde dieren.


  8. Verf een luisterolifant op het raam met gigantische oren (de handjes van de kinderen kunnen in de oren).

  9. Teken een luisterolifant met oliepastelkrijt op zwart papier en lamineer deze. Knip deze in 4, 6, 8, 10 of meer stukken en je hebt een puzzeltje. Ook leuk als kringspelletje om de kinderen een stukje puzzel te geven. Kunnen ze het puzzelstukje kwijt?

  10. Een luisterspelletje: laat de kinderen verschillende dierengeluiden horen. Kunnen de kinderen horen welk dier het geluid maakt? Kunnen ze het geluid ook nadoen?

  11. Maak een jungle op de groep. Maak van stevig groen en bruin papier grote bomen en bevestig dit aan de wand. Maak lianen aan het plafond door groene stroken crêpepapier te gebruiken. Hang door middel van touwen slangen en apen in de lucht. Heb je nog meer knuffels?
    - knuffels in de bouwhoek hebben een slaapplekje nodig
    - knuffels in de keuken hebben eten nodig
    - knuffels in de leeshoek willen graag voorgelezen worden uit stevige boekjes over wilde dieren door de apen zelf
    - met verf kan je ook voetstapjes van de kleine apen zelf maken

  12. Verkleedkleren van verschillende wilde dieren op de groep.

  13. Verteltafel:
    - zet grote planten van jezelf? aan de zijkant in rieten manden (beetje jungle idee)
    - zorg voor een groene ondergrond (stevig karton of een kleedje)
    - leg er verschillende wilde dieren bij: stokstaartje, aap, olifant, schildpad etc.
    - verschillende boeken over wilde dieren om te ontdekken
    - trompet
    - lantaarntje
    - hang er vlaggetjes boven
    - eventueel knuffeltjes

  14. Maak of koop een (apen)staartje en één aapje krijgt deze staart om. De andere aapjes proberen het staartje te pakken.

  15. Een variatie op schipper mag ik overvaren:

    Luipaard mag ik overspringen ja of nee?
    Moet ik dan ook geld betalen ja of nee?
    Luipaard mag ik overspringen ja of nee?
    Moet ik dan ook geld betalen ja of nee?

    Jaaa? Hoe dan?

  16. Toveren met de kinderen. Leg verschillende wilde dieren onder een doek, waaronder een olifantje en een aap. Maak het spannend.... hokus pokus pilatus pas...ik wou dat de aap weg was.
    Wanneer je het doek wegtrekt, pak je de aap mee en deze bewaar je onder het doek op je schoot. Kunnen de kinderen vertellen welk dier weggetoverd is? Kunnen ze het ook weer terug toveren? Je legt de doek met de aap eronder weer terug... hokus pokus pilatus pas... ik wou dat de aap weer terug was...

  17. Knutsel met de kinderen grappige aapjes. Maak aan de wand een grote Apenboom. Een stam, groene bladeren en er tussen plak je alle aapjes. Knutsel met de kinderen een vlaggenlijn en deze hang je ook in de Apenboom, net als in het boek.

Meer ideeën voor aapjes knutselen, olifanten of voor een jungle op de groep vind je op de Pinterest pagina NvD 2026.

Schaduwspelletje:

Knutsel een olifantenhoedje 
(met het hoedje op kunnen de kinderen ineens heel goed luisteren)

De overige 9 prentenboeken uit de Prentenboek Top 10!

 

Dit dier hier - Rian Visser en Iris Deppe

Deze dertig raadrijmpjes over dieren zijn kort, simpel en makkelijk te begrijpen voor jonge kinderen en kinderen met een taalachterstand. Op een plezierige manier komen ze in aanraking met de geluiden, bewegingen en kenmerken van verschillende dieren.

Vanaf 2 jaar.

 


Mijn mama... leest! - Nancy Kers

Mijn mama houdt van lezen. Ze is de grootste boekenwurm die er bestaat en samen met haar ontdek ik veel leuke verhalen. Want ze is ook de beste voorlezer van de wereld! Een speels boekje over een mama met een passie die ze graag doorgeeft aan haar kind.

Vanaf 2 jaar.

 


Wie heeft Steef opgegeten? - Susannah Lloyd en Kate Hindley

 

Op het eerste gezicht lijkt Wie heeft Steef opgegeten? een verhaal over tegenstellingen, maar dan is worm Steef ineens verdwenen. Oscar toch! Kan hij worden overgehaald om de arme worm uit te spugen zodat we het boek kunnen afmaken?

Vanaf 4 jaar.

 


Poes! - Cat Parker en Aurora Cacciapuoti

 

Op een mooie ochtend maken mama en haar kleintje een wandeling. Het kindje wijst en zegt enthousiast: 'POES!' Maar mama corrigeert zachtjes. 'Nee, dat is een kikker.' Opnieuw roept het kindje: 'POES!' En weer legt mama geduldig uit: 'Ook niet, dat is een hond.' Mama en haar peuter hebben duidelijk oog voor verschillende dingen om hen heen. Maar attente lezers zullen, naast alle vrolijke dieren die mama benoemt, de poes ontdekken die inderdaad op elke pagina te vinden is.

Vanaf 3 jaar.

 


Wat eet jij? - Agnese Baruzzi

 

Wie snoepte er van de mais en wie kauwde op de kaas?
Ontdek waar de kip, de slak, de muis, het konijn en de rups van houden.
Wat eet jij het liefst?

Vanaf 3 jaar.

 


Een ongelofelijk grote, ongelofelijk gevaarlijke leguaan - Pim Lammers en Natascha Stenvert

 

 

Als een jongen een familiefoto mee moet nemen naar school, besluit hij zelf een tekening te maken. Hij verzint drie vaders, twee moeders en twaalf broertjes en zusjes. En een heleboel huisdieren, waaronder een ongelofelijk grote en ongelofelijk gevaarlijke leguaan. Véél leuker dan zijn echte, supersaaie gezin…  Toch?

Vanaf 4 jaar.

 


Het meisje voor in de klas - Onjali Q. Rauf en Pippa Curnick

 

Er zit een nieuw meisje bij me in de klas. Ik wil graag haar vriend zijn, maar ze wil nooit met me spelen. Papa en oma zeggen dat het nieuwe meisje verdrietig is omdat ze haar eigen huis, haar familie en haar speelgoed mist. Maar ik heb een plan om haar te laten glimlachen…
Een ontroerend verhaal om kinderen te helpen begrijpen hoe het is om een vluchteling te zijn.

Vanaf 4 jaar.

 


Ludas en Bontje - Jan Paul Schutten en Sanne te Loo

 

'Ludas en Bontje' is een lief en grappig verhaal over een onverwachte vriendschap voor het leven. Dit prentenboek is geschreven door Jan Paul Schutten en geïllustreerd door Sanne te Loo. Het avontuur van Ludas en Bontje begint op het moment dat Ludas de vos met volle snelheid over Bontje het konijn struikelt en met zijn kop tegen een boom knalt. Wanneer Bontje bijkomt van zijn botsing, verstijft hij van angst bij het zien van de vos. Maar tot hun verbazing herinnert Ludas zich helemaal niets over zijn eigen identiteit. Bontje kan niet meer lopen en heeft Ludas nodig. Hij weet de vos ervan te overtuigen dat hij een hert is. Samen gaan ze op pad en zoeken ze een schuilplaats, zodat ze veilig zijn voor de jagers en Bontje kan herstellen. Maar elke dag herinnert Ludas zich meer en meer...

Vanaf 4 jaar.

 


Dank je wel - Jarvis

 

Dank je wel, maan, voor de nacht.
Dank je wel, zon, voor de dag.

Er is zoveel om dankbaar voor te zijn, maar vaak krijg je jeuk van de onderdanigheid die ermee gepaard gaat.
Gelukkig weet Jarvis er precies de juiste toon aan te geven.

Natuurlijk bedank je het bad (voor het schuim), je hoed (zodat je gedachten niet wegwaaien), de plant voor die fantastische verstopplek) en de olifanten… al weet je niet precies waarom.

Dank je wel, mezelf, dat ik ik ben.
‘Dank me wel. Heel erg bedankt.’

Vanaf 4 jaar

 

Hoe zou je de Nationale Voorleesdagen in kunnen gaan zetten in de kinderopvang?

Het Nationale Voorleesontbijt is een hele leuke start. Bekende en minder bekende Nederlanders lezen voor aan de allerkleinsten. Maar hoe leuk is het om een ouder uit te nodigen om te komen voorlezen? 
Er zijn namelijk ook vertalingen beschikbaar in andere talen.
Naast een ouder die Nederlands spreekt, zou je ook ouders kunnen uitnodigen die een andere taal spreken. 
Een voorleesontbijt mét ouders is nog leuker! Laat ouders uit hun eigen cultuur iets lekkers meenemen voor het ontbijt. Zo maken ouders kennis met elkaar en kan je het zelf uiteraard over het belang van voorlezen hebben. Zo werk je aan ouderbetrokkenheid en ouderparticipatie.

Méér voorlezen!

Wat we eigenlijk het liefste willen is dat er méér wordt voorgelezen. Door de pedagogisch medewerkers in de kinderopvang, door de gastouders, door de leerkrachten in groep 1 en 2, maar ook door de ouders! Het belang van voorlezen wordt nog altijd onderschat.
Tijdens de Nationale Voorleesdagen kan je het voorlezen centraal zetten en erover vertellen in de kinderopvang. Bij de overdracht, maar ook in de ouderapp. Vertel over welk boek er is voorgelezen en laat ook vooral foto’s zien. Ouders kunnen dan met hun kind in gesprek gaan over de foto's én over het boek wat is voorgelezen. Nodig je de ouders uit tijdens het voorleesontbijt, dan kan je ook allerlei leuke prentenboeken, zoekboeken, flapjesboeken en telboeken neerzetten, zodat ouders het kunnen ontdekken met hun kinderen. Vergeet ook de meertalige prentenboeken niet!

Voorleestips

  • Kies een boek dat past bij het leven van de kinderen.
  • Maak van een voorleesmoment een gewoonte.
  • Maak de kinderen nieuwsgierig naar het verhaal.
  • Lees rustig voor en praat duidelijk.
  • Maak oogcontact met de kinderen.
  • Kunnen jullie samen het verhaal voorspellen?
  • Bekijk ook de voor- en achterkant van het boek.
  • Probeer moeilijke woorden eenvoudig uit te leggen.
  • Laat de kinderen ook vertellen.
  • Lees hetzelfde boek het liefst een paar keer voor.

Wat ga jij organiseren tijdens de Nationale Voorleesdagen in de kinderopvang?